Karin Slaughter heeft een reputatie hoog te houden. Al haar voorgaande boeken waren bestsellers, pageturners van de hoogste orde. Gevallen is alweer de elfde thriller, waarin bekende personages uit voorgaande delen de draad na hun laatste avontuur weer oppakken. Keer op keer staan Slaughters verhalen garant voor urenlange kippenvelspanning, actuele onderwerpen en een acceptabel vleugje romantiek. Meestal zo uitgebalanceerd dat ze nergens de bocht uit vliegt. Met Gevallen gaat het net aan goed.

Als Faith Mitchel op een dag na het werk bij haar moeders huis aankomt om haar dochtertje op te halen, blijkt dat er is ingebroken. Wanneer ze het huis in gaat vindt ze een vermoorde man en is ze getuige van een gijzeling. Haar politie-instinct en bezorgdheid nemen het van haar over en ze komt in actie, maar haar moeder is uiteindelijk nergens te bekennen.
Samen met Will Trent, Amanda Wagner en Sara Linton komt Faith erachter dat haar moeder zich, als hoofd van de narcoticabrigade, heeft bezig gehouden met duistere praktijken. Hoe verder ze in haar moeders verleden duiken, hoe meer narigheid er boven komt en hoe meer zij zichzelf in gevaar brengen.

Het verhaal leest makkelijk weg, de spanning wordt behoorlijk opgebouwd en naar het einde toe is het steeds moeilijker om het boek weg te leggen. Tussen de bedrijven door wordt er iets te diep in gegaan op wat er allemaal binnen de verschillende bendes in Amerika speelt. Er komen teveel onbelangrijke figuren op het toneel, waardoor dit vertraging en soms wat verwarring geeft. Gelukkig wordt er genoeg aandacht geschonken aan wat de bekende personages allemaal meemaken, ook met elkaar. Dit is waarom de boeken van Slaughter blijven boeien. Het is als een weerzien met vrienden. En steeds weer hopen dat iedereen ongeschonden uit de strijd komt.