Banner nienke
Terug naar start
De antiquair – Julián Sánchez (2011)****
lekker toegankelijk

Artur Aiguader, handelaar in antiquiteiten en oude manuscripten in Barcelona, wordt bedreigd door een Fransman die geld wil zien. Niet veel later wordt Artur vermoord. Hij was bezig met het vertalen van een in het Latijn geschreven manuscript. De moordenaar was hier duidelijk naar op zoek, want de hele winkel en het huis zijn overhoop gehaald.
Enrique Alonso is schrijver en de adoptiezoon van Artur. Via een brief van Artur komt het manuscript in Enriques handen. Enrique gaat verder met de vertaling en roept daarbij de hulp van zijn ex-vrouw Bety in.
Omdat Enrique tegenover de politie zwijgt over het manuscript, zoekt die de dader onder personen die onder de dekmantel van respectabele winkels witwaspraktijken uitvoerden. Ook is het volgens de politie mogelijk dat de dader een crimineel was of tot de maffia behoorde. Van een roofoverval kan geen sprake zijn, omdat er niets is verdwenen.
Enrique zelf verdenkt de collega-antiquairs van zijn pleegvader. Hij roept de hulp van een bevriende privédetective in om uit te laten zoeken of deze wel een alibi hebben voor het tijdstip van de moord. Ook zet hij een val voor ze om te kijken of ze geïnteresseerd zijn in het manuscript.
Hij besluit de spullen van zijn pleegvader te laten veilen. De dochter van een collega van zijn pleegvader helpt hem bij de inventarisatie. Hij krijgt een relatie met haar.
Er wordt een verdachte aangehouden. Het blijkt dat Artur zich bezig hield met kunstsmokkel. Enrique is hier zo teleurgesteld over dat hij de interesse in het manuscript verliest.
Bety gaat nog wel door. Ze roept de hulp van een gerenommeerd vertaler in. Het vijftiende-eeuwse manuscript, geschreven door een bouwmeester van de kathedraal van Barcelona, bevat cryptische aanwijzingen over de plaats waar een magisch voorwerp uit de Joodse geschiedenis verborgen is. Het blijkt om de steen van God te gaan. Aan de steen worden magische krachten toegedicht. Waar is de steen verstopt?  De vertaler komt erachter. Enrique vertelt alles aan de politie en gaat vervolgens op zoek naar de steen. Dan volgt een spectaculaire ontknoping.

Toen ik de achterflap las, was ik bang dat De antiquair weer het zoveelste (slappe) aftreksel zou zijn van de Da Vinci Code.
Gezien het thema ontkom je er niet aan om het toch met boeken waarin de zoektocht naar een bepaald voorwerp centraal staat, te vergelijken.
Een paar punten springen er dan in positieve zin uit. Zo leest het boek lekker weg, is het alledaags en niet zo wetenschappelijk als andere vergelijkbare romans. Het zit goed in elkaar, met niet zo veel personages en een niet zo ingewikkelde verhaallijn.
Wel is het een beetje voorspelbaar. Ik voelde op een gegeven moment al aan wie er wel en niet deugde. Ook het motief is voor mij nou niet bepaald een reden om aan het moorden te slaan. Maar verder alle lof voor deze in zijn genre meest toegankelijke roman die ik tot nu toe heb gelezen.

Julián Sánchez is opgegroeid in Barcelona. Hij woont in San Sebastián. Behalve succesvol schrijver is hij ook scheidsrechter in de eredivisie van het Spaanse basketbal.