Twitter Facebook Gastenboek

Thomas Enger

Een interview met deze Noorse schrijver door Ronald de Jong

Henning Juul is een man met diepe littekens aan de buiten- en aan de binnenkant

Door : Ronald de Jong (Blue Owl)

De Scandinavische misdaadromans bereiken een groot internationaal lezerspubliek. Zweden voert de lijst met succesvolle auteurs aan maar ook Noorwegen laat van zich horen met gevestigde namen als Jo Nesbø, Anne Holt, Karin Fossum en Unni Lindell.
Het succes stimuleert ook nieuwe schrijvers zoals de voormalig journalist Thomas Enger. In 2010 werd zijn debuut Skinndød gepubliceerd en werden de rechten van het boek aan zeventien landen verkocht waaronder Engeland en de VS. Voor het vervolg Fantomsmerte ontving de schrijver de nominatie voor beste Noorse misdaadroman 2011. In Nederland verscheen dit voorjaar de vertaling van  Skinndød als Schijndood . De vertaling was in handen van Kim Snoeijing en Lucy Pijttersen.
Voldoende aanleiding om contact te zoeken met de in Oslo wonende Thomas Enger die naast het schrijven van misdaadromans ook filmmuziek componeert.

Een magische pen?

Voor de hand liggende eerste vraag: wie is Thomas Enger?

“Ik ben een achtendertigjarige vader, echtgenoot, schrijver en een enorm slechte golfer. Volgens mij een best aardige kerel.”

Waarom begint een journalist en componist met het schrijven van misdaadromans?

“Wat was er eerst het kip of het ei? Voor mij hangt het allemaal samen met creativiteit, de wens om iets te maken. Mijn interesse om zelf te gaan schrijven begon ergens rond mijn twintigste. Ik hield ervan om misdaadromans te lezen en wilde zien of ik er zelf één kon schrijven. Het was toen voor mij al duidelijk dat ik schrijven leuk vond maar het schrijven van misdaadromans is echt geweldig.

Je hebt inmiddels drie misdaadromans geschreven. Hoe ga je te werk?

“Voordat ik begin met schrijven, breng ik het verhaal in kaart waarbij ik wel een aantal zaken open laat die ik later nog kan invullen, anders zou het schrijven wel erg saai worden. Ik houd er van mezelf te verrassen door dingen te ontdekken terwijl ik schrijf. Zo blijft het verhaal ook voor mij boeiend tijdens het schrijven. Deze manier van werken geeft mij in ieder geval veel energie.”

Je collega schrijver Kjell Ola Dahl vergeleek schrijven met muziek. Zie je zelf ook de overeenkomst tussen het schrijven van misdaadromans en het componeren van muziek?

“Voor mij zijn er weinig tot geen overeenkomsten. Voor mij heeft het componeren van muziek veel te maken met gevoel en intuïtie. Het schrijven van romans is hard werken. En een beetje talent om een aansprekende manier te vinden om het verhaal te vertellen.”

Heeft je ervaring als journalist die normaliter werkt met feiten je geholpen bij het schrijven van misdaadromans?

“Absoluut. Ik doe heel veel research. Ik interview mensen die werkzaam zijn in de beroepen van mijn personages. Ik ben niet slim genoeg om instinctief te weten hoe een cameraman denkt terwijl hij aan het werk is. En ik ben wat vreemd als het op details aankomt. Ik wil zo dicht mogelijk bij de realiteit blijven. Voor een onderwerp zoals sharia zoals dat speelt in Schijndood ben ik als een journalist op zoek gegaan naar informatie om goed te begrijpen wat sharia in de volledige breedte allemaal betekent.”

Je hebt ook een spannend boek geschreven voor de jeugd “Julie Moore en de magische pen”. Wat is de uitdaging om zowel voor volwassenen als de jeugd te schijven en wat is hierbij het belangrijkste verschil?

“Het boek over Julie is nog niet helemaal afgerond. Ik probeer echter wel open te staan voor ieder verhaal ongeacht de leeftijd van de doelgroep. Het idee over Julie Moore kwam spontaan bij me op en sprak me zo aan dat ik besloot het verhaal op papier te zetten. Wanneer je schrijft voor een jonger publiek moet je zeker rekening houden met het taalgebruik en zorgen dat het plot volledig kan worden begrepen door de lezers. Op dat gebied zijn de boeken over Harry Potter meesterwerken. Oneindig veel personages en sub-plots maar we weten allemaal dat het uiteindelijk draait om het gevecht tussen Harry Potter en Voldemort.”

Je geeft aan dat je inmiddels plannen hebt voor zes titels, betekent dit dat je op hoofdlijnen de andere boeken al in je hoofd hebt?

“Toen ik begon had ik voor alle boeken al wel een idee, maar tijdens het schrijven van de de eerste drie boeken ben ik wel een aantal dingen gaan veranderen. En dat zal wel blijven gebeuren. Ik zie nog steeds zaken die kunnen worden verbeterd. En ik kan wel vertellen dat de warming-up inmiddels is afgerond en de spanning alleen nog maar zal gaan toenemen.”

Een multiple-choice ter afwisseling. Je kunt beter schrijven:
a. in een volle nieuwsredactie gevuld met collega-journalisten
b. in huis met twee kleine kinderen

“Ik moet eerlijk zeggen dat ik geen voorkeur heb. Ik kan eigenlijk altijd en overal schrijven. Ik zet mijn koptelefoon op en als niemand tegen mij praat kan ik schrijven; in een vliegtuig, op het strand of op een drukke nieuwsredactie. Dat laatste heb ik ook vaak genoeg gedaan toen ik werkte als sportjournalist. Bij de verslaglegging van sportevenementen werkte we als gekken om de deadline te halen in luidruchtige omgevingen. Het hoort bij het vak van journalist en ook als schrijver van fictie komt dit goed van pas.”

Littekens

“Henning wacht tot ze hem aankijkt. Dat gebeurt niet. Hij loopt naar voren, zegt hallo. Ze slaat haar ogen op. Eerst kijkt ze hem aan alsof hij naar haar uithaalt, vervolgens het onvermijdelijke. Haar mond valt open, haar blik neemt het in zich op, zijn gezicht, de brandwonden, de littekens.”

In Schijndood introduceer je de journalist Henning Juul, wie is hij?

“Henning Juul is een geweldige misdaadverslaggever die op een nacht zijn zoon verliest bij een brand in huis. Hij probeert zijn zoon nog te redden maar is hierbij niet succesvol. Hij is een man met diepe littekens aan de buiten- en aan de binnenkant. De vraag die hem nog steeds bezighoudt, is wat was de oorzaak van deze brand? Deze vraag motiveert hem om na twee jaar weer aan het werk te gaan. Hij wil uitzoeken wat er daadwerkelijk is gebeurd op de dag dat zijn zoon is omgekomen. Een vraagstuk dat als rode draad door de diverse boeken loopt.”

In het boek chat Henning met een anonieme politieman. Hij gebruikt hierbij de nickname Tinky Winky. Zegt dit iets over de humor van Henning?

“De nickname zegt meer iets over de politieman die hem de nickname heeft gegeven. Hij of zij weet dat Henning een enorme hekel heeft aan de Teletubbies.”Wanneer je kijkt naar Annika Bengtzon, het personage van Liza Marklund en naar Henning dan gebruiken beiden een bron bij de politie die bereid is informatie te delen.

In hoeverre is het je eigen ervaring dat het voor journalisten essentieel is om informanten te hebben of is het een manier voor de schrijver van misdaadromans om stukken informatie aan de lezer te geven om het complete verhaal te kunnen vertellen?

“Aan de ene kant is het natuurlijk een eenvoudige uitweg om via de insider informatie te krijgen. Aan de andere kant is het ook de dagelijkse praktijk. Journalisten hebben hun bronnen. Je kunt geen goede misdaadverslaggever zijn zonder dat je een bron hebt die dicht bij het onderzoek betrokken is.”

Je hebt nu drie boeken geschreven over Henning kun je iets delen over zijn ontwikkeling?

“Ik heb een gedetailleerd plan voor de ontwikkeling van Henning maar dat wil ik nog niet vrij geven. Waarom zullen we op dit moment het plezier voor de lezer bederven?”

Schijndood

Het boek Schijndood begint met de moord op een jonge studente aan de filmacademie. De oplossing lijkt eenvoudig en verband te houden met het maatschappelijk debat over Islamitische wetgeving ook bekend als sharia. Voor de journalist Henning Juul is het duidelijk dat de moord complexer is en al snel volgt een tweede moord. Wederom een misdaad met een link naar de allochtone bevolkingsgroep.

Op welke manier speelt de sharia een rol in de Noorse samenleving?

“Ik denk zelf dat sharia geen rol speelt in de Noorse samenleving, ten minste nog niet. Er zijn groeperingen in Noorwegen die graag de sharia zouden hanteren als richtlijn voor de manier waarop we allemaal zouden moeten leven, maar dit gaat nog over relatief kleine groepen. In dit boek wil ik een aantal dingen zegen over integratie. Tijdens mijn onderzoek werd het mij duidelijk dat ik niet veel wist over wat de sharia inhield.

Ik beschouw mezelf als iemand met een redelijk goede opleiding en brede belangstelling. En wanneer ik bijna niets over het onderwerp weet hoe zit het dan met de rest van de bevolking? We hebben nu eenmaal angst voor de dingen die we niet berijpen. Mijn beeld is dat onwetendheid onze grootste vijand is wanneer het gaat om integratie. Dus als we elkaar beter leren kennen, informatie delen en dan goede informatie en geen slechte. Dan, naar mijn bescheiden mening zal het eenvoudiger worden om samen te leven.” 


Je laat Henning door Oslo rijden op zijn Vespa en neemt de tijd om de stad te beschrijven. Hoe belangrijks is Oslo als een setting voor je verhalen?

“Oslo is megabelangrijk. Een van de zaken die ik ontdekte in mijn begindagen was dat ik constant schreef over zaken waar ik weinig tot niets van wist. Mijn personages woonden in steden waar ik nog nooit was geweest. Ik besloot om te beginnen met de plek waar ik bekend mee was, Oslo dus. Ik probeer op de lezer het gevoel over te dragen van de sfeer van de stad. Het stof op de straten, de scheuren in muren. Het gaat erom om beelden in de hoofden van de lezer te krijgen. Ik denk zelf in beelden en probeer scènes eerst uit in mijn hoofd voor ik ze op papier zet.”

Naast de setting en een geloofwaardig personage is een sterk plot essentieel voor een goede misdaadroman. Waar kwam je inspiratie vandaan voor het plot van Schijndood?

“Het was een samenloop van omstandigheden. De eerste scène uit het boek (een man laat op een morgen zijn hond uit en stuit op het slachtoffer), komt uit een droom die ik had. Ik wist dat het een sterk begin was en wilde het verhaal hier omheen bouwen. Toen het verhaal zich verder ontwikkelde werd pas duidelijk dat het boek zou draaien om integratie en bijbehorende problematiek.”

In Schijndood introduceer je inspecteur Bjarne Brogeland, hij lijkt de tegenpool van Henning. Zie je dit zelf ook zo?

“Bjarne Brogeland speelt een belangrijke rol en zal ook terugkeren in de volgende boeken. Met name in het derde boek waar Henning steeds dichter bij de waarheid komt over de brand. Omdat de boeken los van elkaar kunnen worden gelezen is het belangrijk om ook andere personages te gebruiken die een rol spelen bij het oplossen van misdaden. Henning kan niet overal zijn en hij is natuurlijk geen politieman. Dus ik gebruik Bjarne om de lezer te betrekken bij het politieonderzoek. Natuurlijk is hij behoorlijk anders dan Henning. Ik kan tenslotte niet alleen maar schrijven over dezelfde soort personages. Dat zou wel heel saai worden.”

Wat is de belangrijkste boodschap die de lezer uit je boek zou kunnen halen?

“Ik beschouw mezelf niet als een politieke schrijver, verre van dat. Ik wil mijn mening niet opleggen aan de lezer. Wat ik wel hoop is dat mensen zich een beetje meer open willen stellen voor die onderwerpen waar ze eigenlijk niet zo veel over weten voordat ze een oordeel vellen gebaseerd op slechte of onvolledige informatie.”

Succesvol Scandinavië

Sjöwall en Wahlöö en later Henning Mankell gebruikte de misdaadroman om problemen in de samenleving bespreekbaar te krijgen.

In hoeverre is dit een belangrijke reden dat de Scandinavische misdaadromans internationaal zo succesvol zijn?

“Het is zeker een van de redenen maar het is onmogelijk om te zeggen of het de belangrijkste reden is. Voor mij is de belangrijkste reden dat Scandinavische schrijver gewoon zeer goede misdaadromans schrijven. We zijn hierbij als lezers van de meesters S&W en Mankell goed opgeleid.”

En waarom zijn misdaadromans die bedoeld zijn als ontspanning voor een groot publiek dan zo geschikt om de problemen in de samenleving bespreekbaar te maken?

“Misdaadliteratuur heeft een aantal goede kanten. Het biedt een ontsnapping uit de hedendaagse realiteit en we kunnen rustig gaan slapen in de wetenschap dat het ons niet is overkomen. Aan de andere kant raken we betrokken bij de personages uit het boek. We voelen hun pijn en willen graag dat het goed voor ze afloopt. En wanneer we betrokken zijn heeft de schrijver de volle aandacht van de lezer. Hierdoor kan een boodschap een stuk eenvoudiger worden gebracht dan bijvoorbeeld een politicus dat zou kunnen.”

Je collega Anne Holt schreef een artikel over de moorden van Anders Breivik en in een interview gaf ze aan de de haat langzaam de samenleving inkruipt via de media. Herken je als journalist en schrijver dat de negatieve aspecten van integratie meer kranten verkopen en betere misdaadromans geven dan de positieve verhalen?

“Kranten groeien en leven van tegenstellingen en conflicten en dat zal nooit veranderen. De laatste jaren is er ook steeds meer sprake van verontwaardiging. “Kijk wat de bestuursleden betaald krijgen terwijl jij bijna niets krijgt.” Vanzelfsprekend roept dat verontwaardiging op. We worden steeds bozer.
Zelf denk ik niet dat kranten alleen negatieve verhalen over integratie schrijven om meer te verkopen. Ze geven ons de informatie, stimuleren het debat en dat is altijd goed.In een misdaadroman heb je natuurlijk een of ander conflict nodig want anders heb je geen verhaal. Iemand moet dood gaan en daar moet een goede reden voor zijn. Maar dat betekent niet dat het op een negatieve manier wordt gebracht. Het gaat er om de boodschap over te brengen. Kijk hier naar, kijk daar naar. Aan deze misstanden in onze samenleving zouden we eigenlijk iets moeten doen. Wanneer lezers er na het lezen van het boek een mening over hebben gevormd dan is dat goed. Het kan een stap zijn in de richting van verandering.”

Het schijnt dat de rechten van de eerste zes boeken zijn verkocht aan de filmproducent 4 ½. Is het duidelijk wanneer de boeken worden verfilmd en speel je hier zelf nog een rol in als bv scriptschrijver?

“Bij mijn weten staat iedereen in de startblokken alleen is het nog wachter op voldoende funding. Ik zal zelf niet meeschrijven want ik moet me richten op mijn boeken.”

Laatste vraag. Het debuut werd zeer goed ontvangen. Gaf dat druk voor het tweede boek en hoe welkom was de nominatie voor beste Noorse misdaadroman voor juist dit tweede boek?

“Het was zeer welkom. De lat lag zeer hoog tenminste zo voelde ik dat zelf. Ik wilde dat het tweede boek nog beter was dan het eerste. En ik vind dat het gelukt is. De nominatie was de bevestiging die ik ook zelf nodig had. Hopelijk zullen de Nederlandse lezers dat binnenkort ook zo zien.”

 
De site van de schrijver: http://www.thomasenger.net/

Recensie Schijndood: http://blueowlbooks.nl/boeken/enger_1.html

© foto: Rolf M. Aagaard