Twitter Facebook Gastenboek

Johan Theorin

Johan Theorin - Een interview over een reeks van 4 boeken, fantasie, schrijven en Öland. Door: Ronald de Jong.

Over Öland, fantasie en schrijven

Door : Ronald de Jong - Vertaling: Martin Jansen in de Wal

In Nederland zijn de eerste twee boeken van de Zweedse auteur en journalist Johan Theorin in vertaling verschenen in 2008 en 2009. In het eerste, Schemeruur, dat in het najaar speelt, introduceerde Theorin de voormalige kapitein Gerlof Davidsson, die op het eiland Öland woont. In het tweede, Nachtstorm, dient de winter als decor voor het verhaal. Theorin ontving voor dit boek de prijs voor de beste Scandinavische misdaadroman van 2009. Onlangs verscheen Steenbloed, waarin Öland ontwaakt in het voorjaar, het derde boek waarin Gerlof en de seizoenen centraal staan.
Voor misdaadromans.nl een goede reden om de auteur eens te vragen naar zijn beweegredenen, zijn personages, de thema’s van zijn boeken en het eiland Öland.

- Kunt u Nederlandse lezers die nog nooit een boek van u hebben gelezen, vertellen wie Johan Theorin is?

Ik ben een gewone Zweedse man van zevenenveertig, met een hart vol geheimen en een hoofd vol verhalen die soms slecht, soms vreemd en soms goed zijn. Ik woon in Goteburg maar breng veel tijd door op het eiland Öland in de Baltische Zee, waar mijn boeken zich merendeels afspelen. Ik heb lange tijd in de journalistiek gewerkt, totdat mijn eerste boek Schemeruur verscheen. Het werd, tot mijn verrassing een bestseller in Zweden en de vertaalrechten zijn aan twintig landen verkocht. Sindsdien ben ik fulltime schrijver.

- Wat brengt een journalist en scriptschrijver ertoe misdaadromans te gaan schrijven?

Ik ben altijd een verhalenverteller geweest, voordat ik journalist werd en ook al als kind, toen ik nog niet eens kon schrijven, vertelde ik mijn moeder al verhalen. Ik heb voor de journalistiek gekozen toen ik begin twintig was, en later ben ik scripts voor computer- en internetgames gaan schrijven, maar de voortdurende aandrang om verhalen te vertellen ben ik nooit kwijtgeraakt. Ik heb ook altijd van misdaadromans gehouden, van De hond van de Baskervilles van Conan Doyle tot Mystic River van Dennis Lehane, en uiteindelijk heb ik besloten er zelf een te schrijven. Ik werd geïnspireerd door een anekdote van een collega, over een moordenaar die aan de politie probeerde te ontsnappen door te doen alsof hij dood en begraven was. Dat is mijn eerste boek Schemeruur geworden.

- Misschien is misdaadfictie niet de beste omschrijving voor uw boeken, omdat ze een combinatie van diverse elementen bevatten? U hebt wel prijzen voor de beste Zweedse en Scandinavische misdaadroman van het jaar gewonnen. Weet u misschien een betere omschrijving van het genre dat u beoefent?

Ik hoop dat mijn boeken niet alleen misdaadromans zijn, maar ook dramatische verhalen over menselijke relaties. En ik voeg er graag wat bovennatuurlijke elementen aan toe, misschien vanwege de spookverhalen die mijn grootvader en mijn oudere broers me vertelden toen ik jong was. Het liefst zou ik mijn boeken omschrijven als ‘mysteries’, omdat ik meer geïnteresseerd ben in mysteries en geheimen dan in geweld, misdaad en politiewerk.

- U hebt nu drie boeken over Öland geschreven en u werkt nu aan het vierde. Kunt u ons vertellen hoe het schrijfproces verloopt? Maakt u bijvoorbeeld gebruik van een blauwdruk of synopsis?

Ik begin altijd met mijn personages en laat die lange tijd ‘rijpen’ in mijn hoofd, om ze tot leven te laten komen. Ik hecht me erg aan mijn personages, in de hoop dat de lezers dat ook zullen doen. Een synopsis gebruik ik niet; ik begin altijd te schrijven zonder precies te weten waar het verhaal naartoe gaat en wat er uiteindelijk van de personages zal worden.

- Vroeger was het vertellen van verhalen belangrijk om de geschiedenis te laten voortbestaan. Denkt u dat andere media, zoals boeken en het internet, die traditie overbodig hebben gemaakt?

Onze behoefte om verhalen met elkaar te delen bestaat nog steeds, maar het oude gebruik om met een groep mensen bijeen te komen en elkaar verhalen te vertellen is grotendeels vervangen door boeken en televisie. Eigenlijk is dat best jammer, en daarom geef ik lezingen in Zweedse bibliotheken, vertel er mijn familieverhalen en probeer de mensen aan te moedigen hun eigen familieverhalen met elkaar te delen. We hebben hier in Zweden ook festivals waar het vertellen van verhalen centraal staat en waar ik altijd graag naartoe ga.

- Hoe belangrijk is het voor u om de verhalen en de geschiedenis van Öland te behouden? En om uw eigen ervaringen in uw boeken te verwerken?

Öland is heel belangrijk voor me, zowel het landschap als de geschiedenis van het eiland, en daarom probeer ik het in mijn boeken tot leven te wekken, er een extra personage van te maken.
En mijn eigen ervaringen zijn niet belangrijker dan die van ieder ander, maar als ik iets heb meegemaakt wat ik kan gebruiken, dan doe ik dat. Ook wat ik in het dagelijks leven tegenkom; als het bruikbaar is, gebruik ik het.

Over Gerlof Davidsson en zijn eiland Öland

- In Schemeruur introduceert u kapitein Gerlof Davidsson. Kunt u onze lezers vertellen wie hij is?

De personage is gebaseerd op mijn eigen grootvader, Ellert Gerlofsson, die dertig jaar lang met zijn eigen schepen op de Baltische Zee heeft gevaren. Maar hij overleed toen hij pas vierenzestig was, dus toen heb ik geprobeerd me voor te stellen hoe hij geleefd zou hebben als hij over de tachtig was. Het resultaat was Gerlof Davidsson, hoewel hij wat knorriger is uitgevallen dan mijn grootvader Ellert... maar de lezers schijnen hem in ieder geval wel te mogen.

- Uw grootvader was een geweldig verhalenverteller, blijkt uit uw boeken. Waarom denkt u dat het belangrijk is dat we naar de oudere generatie luisteren?

Oude mensen kunnen ons niet alleen vertellen waar we vandaan zijn gekomen, maar ook welke kant het met de wereld op gaat. Bovendien hebben ze veel te vertellen, of het nu mooie, griezelige of grappige verhalen zijn. Ik verwerk altijd wel een paar verhaaltjes van mijn grootvader en broers in mijn boeken - die laat ik dan door Gerlof aan iemand vertellen - om ze te behouden en ze te delen met de lezer.

- U noemt Öland een gespleten persoonlijkheid als u de zomer met de winter vergelijkt. Kunt u uitleggen wat u daarmee bedoelt?

Om te beginnen verandert het weer heel drastisch. In de winters heerst er bijna een poolklimaat en wonen er maar heel weinig mensen op het eiland. ’s Zomers kan het er zo warm zijn als aan de Middellandse Zee en wordt Öland overstroomd door tienduizenden toeristen.

- Wat is uw eigen relatie met Öland?

De familie van mijn moeder heeft er vele eeuwen gewoond en gewerkt, als boeren en als vissers. Ze is er weggegaan toen ze negentien was, maar toen ze moeder was geworden, is ze vaak met de kinderen teruggegaan naar het eiland, zodat wij onze oude familieleden konden leren kennen. Daardoor heeft Öland altijd een belangrijke rol gespeeld in mijn jeugd en mijn volwassen leven.

- In het begin van de jaren zeventig werd Öland met de langste brug van Europa met het vasteland van Zweden verbonden. Wat betekende dit voor het eiland en zijn bewoners?

Er kwamen meer toeristen en de huizenprijzen stegen. Er kwamen steeds meer mensen naar de zuidelijke helft van het eiland en het werd steeds stiller in het noorden, waar mijn verhalen meestal spelen.

Over Steenbloed

In dit derde boek ontmoet Gerlof diverse nieuwe personages in de buurt van een steengroeve. Sommigen hebben een verleden op Öland en anderen zijn nieuw. Per Mörner, zijn kinderen en zijn vader Jerry. Schrijver Max Larsson en zijn vrouw Wendela en de familie Kurdin. Het is lente en Gerlof geniet van de ontluikende natuur en de vlinders die boven de alvaret vliegen. De vogels keren terug uit de warme landen en de vakantiehuisjes trekken nieuwe bewoners.

- Kunt u voor de Nederlandse lezers in het kort de schoonheid van de alvaret beschrijven?

De weidse ruimte van de alvaret op Öland is zowel beangstigend als beeldschoon. Er zijn geen bergen en geen bossen, alleen maar gras en keien, kilometers lang, met de blauwe hemel erboven je. Zowel mooi als bevreemdend. En je kunt er heel gemakkelijk verdwalen...

- In uw boek is Wendela terug op Öland, waar ze in haar jeugd hard had moeten werken op de boerderij. Ze slaat zich door deze periode heen met de gedachte dat ze is geholpen door elfen. Spelen elfen en trollen nog steeds een rol in de cultuur van het eiland? Net zo veel als op IJsland, waar men rekening met hen houdt bij de aanleg van wegen?

Elfen en trollen spelen op Öland tegenwoordig niet meer zo’n prominente rol als op IJsland, en er zijn nog maar weinig Zweden die in hen geloven. Toch laten mensen in de alvaret uit traditie muntjes achter voor de elfen, wat geluk zou brengen, en er is op Öland een trollenbos, dus ze zijn nog niet helemaal verdwenen. Het is zelfs zo dat de personage van Wendela is gebaseerd op een vrouw die ik ooit heb ontmoet en die heilig in elfen geloofde en beweerde dat ze hen had gezien.

- Er is een zekere band tussen Ella, Gerlofs vrouw, en Wendela. Het schijnt een belangrijk thema in uw boeken te zijn dat afzonderlijke mensenlevens verweven raken. Zijn de interactie tussen de personages en hun daden in het verleden en de consequenties daarvan in het heden voor u belangrijker thema’s dan het oplossen van een misdaad?

Ja, dat denk ik wel. De eerste en laatste keer dat ik met de politie te maken heb gehad, was toen ik op elfjarige leeftijd iets uit een winkel had gepikt. Sindsdien heb ik me altijd an de wet gehouden en was ik meer geïnteresseerd in relaties en hun geheimen dan in misdaad, dus misschien is dat merkbaar in mijn boeken. Natuurlijk lopen er in mijn boeken allerlei misdadigers rond, maar ik probeer ze altijd wel zo menselijk mogelijk te maken.

- In het boek raakt Per Mörner bekneld tussen zijn verleden, door zijn vader Jerry, en zijn toekomst, door zijn dochtertje in het ziekenhuis. Veel volwassen lezers zullen de moeilijke keuzes herkennen die hij moet maken. Is dit ook gebaseerd op een persoonlijke ervaring?Nou, ik ben zelf vader van een tienerdochter en toen ik Steenbloed begon te schrijven, was mijn vader ernstig ziek en is hij een paar maanden later overleden. Dus dit verhaal is deels op mijn eigen leven gebaseerd. Met dit verschil dat mijn vader een heel fatsoenlijke en onbaatzuchtige man was, in tegenstelling tot Jerry in het boek.
Diverse Zweedse lezers hebben me gevraagd waarom Per zo veel tijd met zijn vreselijke vader Jerry doorbrengt terwijl zijn dochtertje Pernilla ernstig ziek is. Mijn antwoord daarop is dat hij de aanblik van de zieke Pernilla niet kan verdragen. Dat het soms gemakkelijker is om bij iemand te zijn om wie je niet zo veel geeft, dan bij iemand van wie je zielsveel houdt.

- Wat is de belangrijkste boodschap die de lezer uit dit boek kan destilleren?

Misschien dat dromen en fantasieën in ons leven een belangrijker rol spelen dan we denken, dus dat het erom gaat veel prettige dromen te hebben en zo weinig mogelijk nachtmerries.

Over Scandinavische misdaadfictie

- Sjöwall & Wahlöö en in een later stadium Henning Mankell hebben hun boeken gebruikt om er maatschappelijke problemen in de samenleving in aan te kaarten. Is dit de reden dat Scandinavische misdaadromans in andere landen zo populair zijn?

Dat kan een van de redenen zijn. Zweden werd lange tijd als een socialistisch Utopia gezien, maar in de afgelopen twintig jaar is dat beeld aanzienlijk vertroebeld. We hadden de moord op minister-president Olof Palme in 1986 en die op minister Anna Lindh in 2003, de gedeeltelijke ontmanteling van de welvaartstaat, en er zit tegenwoordig een extreem rechtse partij in ons parlement. Onze misdaadromans geven een beeld van al deze veranderingen in Zweden, en misschien vinden mensen in andere landen het interessant om hierover te lezen.
Ik ben me bewust dat de Zweedse misdaadroman in het buitenland als nogal politiek geëngageerd wordt gezien, en zeker in Zuid-Europese landen krijg ik veel vragen over de politieke boodschap van mijn boeken en hoe ik over de Zweedse samenleving denk. Maar voor mij heeft de beste fictie geen politieke boodschap - afgezien van enkele uitzonderingen, zoals de boeken van George Orwell - en roept die alleen vragen op, zonder er antwoord op te geven. Maj Sjöwall & Per Wahlöö waren marxisten, maar ze waren nooit prekerig in hun boeken, wat ze juist zo goed maakt.

- Waarom is misdaadfictie, die toch bedoeld is als vermaak voor een groot publiek, zo’n goed middel om maatschappelijke problemen aan te kaarten?

In een misdaadroman zijn er altijd conflicten en botsingen tussen diverse groepen in de samenleving, tussen hen die de wet handhaven en zij die hem overtreden. Maar zoals ik al zei vind ik dat je als misdaadauteur te duidelijke politieke boodschappen moet vermijden. Als je zegt dat mensen in de misdaad terechtkomen omdat er dit of dat niet deugt in de samenleving, geef je een te simpele voorstelling van zaken. Er zijn ook slechte mensen afkomstig uit goede buurten. Ik vind het veel interessanter om misdadigers, politiemensen en slachtoffers als individuen in een bepaalde leefgemeenschap te zien, en niet als symbolen van een hele samenleving.

- In uw boek Steenbloed beschrijft u de Zweedse (soft)pornofilmindustrie en de consequenties van dat soort films. Denkt u dat die zijn onderschat toen de films toentertijd werden gemaakt?

Ik denk dat Zweedse filmregisseurs als Ingmar Bergmann seks en naaktheid in hun films lieten zien met de beste bedoelingen, namelijk om de recensenten uit hun tent te lokken en om taboes te doorbreken. Maar later, in het begin van de jaren zeventig, begon een groep zakenmensen grote hoeveelheden pornofilms te produceren alleen om er geld aan te verdienen, zonder zich iets aan te trekken van de jonge acteurs die werden uitgebuit en die soms tragisch aan hun einde kwamen. Op deze Zweedse pornoproducenten is de nietsontziende personage van Jerry Mörner gebaseerd.

- Over film gesproken, uw boeken zijn heel visueel en filmisch geschreven en het schijnt dat ze zullen worden verfilmd. Kunt u ons daar iets over vertellen?

Productiemaatschappij Yellowbird, die de Millennium-films gebaseerd op de boeken van Stieg Larsson heeft gemaakt, heeft de filmrechten van mijn boeken aangekocht en is op dit moment bezig het project op te starten. Het zal leuk zijn om het landschap van Öland op het filmdoek te zien, maar met het feitelijke filmen bemoei ik me niet. Ik concentreer me op het schrijven van boeken.

- Dat u de prijs van de beste Scandinavische misdaadroman won, was dat een extra stimulans voor het schrijven van uw derde boek, of betekende het juist extra druk, omdat u de top al had bereikt?

Ja, vanaf dat moment kon het alleen nog maar minder worden! Maar even serieus, ik ben natuurlijk heel blij met de prijzen die Schemeruur en Nachtstorm hebben gewonnen, maar als je aan een nieuw boek begint, moet je die dingen uit je hoofd zetten en je op het verhaal concentreren. Als je tijdens het schrijven aan prijzen en het bijbehorende applaus gaat zitten denken, ben je niet goed bezig.

- Een laatste vraag: uw vierde en laatste boek over Gerlof Davidsson speelt zich af tijdens de zomer op Öland. De titel zou Rörgast zijn en het verhaal zou spelen in het stadje Stenvik, het fictieve tweelingstadje van uw eigen Djupvik. Een verhaal over de grafheuvels van Öland. Kunt u een tipje van de sluier voor ons oplichten?

‘Rörgast’ is de naam van een geest die in het bronstijdperk op Öland rondwaarde. Het boek begint tijdens het Midzomerfestival, dat hier in Zweden heel geliefd is en dat plaatsvindt van eind juni tot begin augustus, wanneer het doorgaans verlaten stadje Stenvik opeens wordt bevolkt door duizenden mensen van het Zweedse vasteland, die daar van de zomer komen genieten. En Gerlof wordt vijfentachtig, dus hij nadert het eind van zijn leven. Ik zeg niet dat hij in dit boek zal sterven, maar het zou kunnen...