naar start | a | b | c | d | e | f | g | h | i | j | k | l | m | n | o | p | q | r | s | t | u | v | w | x | y | z  
Hoe de Madonna op de maan belandde- Rolf Bauerdick ***** (roman)
Puur zang!!

De gebeurtenissen in het Roemenië van het einde van de twintigste eeuw zijn bij jou, lezer, misschien al naar de krochten van je geheugen gezakt. Rolf Bauerdick haalt ze geleidelijk terug op. Herinner je: Kerstmis 1989. In een groezelige ruimte op een militaire basis worden Nicolae Ceauşecu en zijn vrouw Elena na een schijnproces geëxecuteerd. Jaren van toenemende grootheidswaanzin gingen dit proces vooraf. Jaren waarin Roemenië geregeerd werd door angst voor de geheime dienst Securitate, jaren ook waarin een toenemend communistisch bestel het land en haar bevolking verlamde.

Tegen deze achtergrond speelt Bauerdicks debuut, Hoe de Madonna op de maan belandde. Op 6 november 1957 is Pavel Botev, de verteller, een knaap van vijftien. Samen met zijn grootvader Ilja, zijn moeder en tante woont hij in Baia Luna, een fictief en afgelegen bergdorpje. Hier sijpelt maar heel langzaam informatie door van wat er in de rest van het land gebeurt. Pavels opa heeft in Baia Luna een kruidenierszaak annex drinklokaal. De mannen komen hier ’s avonds bij elkaar en meer dan eens loopt dat uit de hand, wat meestal te wijten is aan de grote diversiteit binnen het dorp. Zo herbergt het dorp een groep Roma’s. Iedereen zag deze zigeuners het liefst vertrekken, behalve de oude dorpspastoor die met vlammende preken onrecht aan de kaak stelt en de dorpelingen aanzet tot meer menslievendheid. Er woont een aantal Duitsers, veelal na WOII in Roemenië terecht gekomen, naast een harde kern Roemeense broers die het nieuwe communistisch regime een warm hart toedragen. Ook vrouwen zijn er in alle soorten en gewichten, van de kwezels, over de hysterica tot de verslonsde vamp. Pavels verhaal start op 6 november 1957 als de Russen de Spoetnik met Laika lanceren. Pavels opa, Ilja, en zijn beste vriend Dimitru, de Roma-hoofdman, maken zich hierover erge zorgen. Wat moeten de Russen in de ruimte? Ze kunnen niets anders bedenken dan dat deze ongelovigen op zoek zijn naar Maria, die volgens de Paus de enige mens is die lichamelijk is opgenomen in de hemel. Ilja en Dimitru zijn er van overtuigd dat “de Rus” Maria zou meenemen naar de aarde, maar zou ontkennen haar ooit gevonden te hebben. Pavel weet dat er een kanjer van een denkfout in de redenering van Ilja en Dimitru zit, maar het is moeilijk om er precies de vinger op te leggen. Dat is met Dimitru’s redeneringen wel vaker het geval. Hij beheert de bibliotheek van de pastoor en zuigt de wijsheid erin op als een spons, maar geeft er zijn eigen, onnavolgbare interpretatie aan. Dat is de situatie in het dorp op 6 november 1957, het heeft iets knus en charmants. Daar komt abrupt een einde aan als de enige lerares van het dorp plots verdwijnt. Even later blijkt de oude dorpspastoor gruwelijk te zijn vermoord. Alsof het allemaal al niet genoeg is, is ook het Eeuwige Licht in de dorpskerk gedoofd en is het Mariabeeld uit de kapel op de Maanberg verschwunden. Het dorp krijgt een paar mannen van de Securitate over de vloer, en Pavel voelt hoe de angst het dorp binnensluipt.

Het duurt tot het einde van het boek voor alle mysteriën uit 1957 worden opgelost. In tussentijd leest het boek als een thriller annex avonturenverhaal. Maar het is nog meer dan dat. Dit boek is eveneens een bildungsroman, waarin je Pavel volwassen ziet worden en zich staande ziet houden in een wereld waarin zijn vrienden uitzwermen terwijl hij gevangen zit in doffe berusting. Het is een razend knap boek waarin elk detail een plaats vindt in het geheel en dat met heel veel inlevingsvermogen, humor en mededogen geschreven is. Dimitru zou zeggen: “Puur zang!”. Ik houd het op “pur sang” en stel voor dat als je dit jaar maar één boek zou kopen of lezen, dat het dan dit zou zijn.