Lennie Daniels woont een vergadering van de oudercomissie bij. Ze
loopt daarna samen met de penningmeester een eindje op, tot ze elk
een andere kant op moeten. Misschien dat de penningmeester haar in
een gevaarlijke stad tot aan haar auto zou gebracht hebben, maar toch
niet in deze kustgemeente? Hier gebeurt nooit wat.
Myerson laat Tess, Lennies beste
vriendin, vertellen hoe de zinloze, brute moord op Lennie het kustplaatsje
in beroering brengt. Niet alleen Lennies gezin maar ook Tess, haar
man Mick en hun vier kinderen blijven ontredderd achter. Drie kinderen
in feite, want baby Livvy is nog te klein. Een dergelijk verhaal kan
snel uitmonden in overdreven sentimentaliteit. De trefzekere schrijfstijl
van Myerson voorkomt dit. Het kleine kustplaatsje samen met haar bewoners
en de gevoelens van al wie zich in de buurt van Tess bevindt, tovert
ze levensecht uit haar pen. Haar dialogen weerspiegelen verdriet,
angst, vertwijfeling, schaamte, liefde en tal van andere gevoelens.
Het is geen vrolijk boek, wat je na het lezen van het voorgaande ook
niet verwacht kan hebben, maar absoluut de moeite waard om te lezen.
Persoonlijk vond ik het een verrijkende ervaring.
Maar is dit boek nu een thriller?
De actie moet meer in veranderende gevoelens en alledaagse situaties
gezocht worden dan in spectaculaire gebeurtenissen. Ik sluit me aan
bij de door Jeroen vermelde John Vervoort, thrillerrecensent bij De
Standaard. Vervoort schrijft dat Myerson “de grenzen van het
genre af (tast) door niet zozeer scherp te stellen op de speurtocht
naar de moordenaar (…) maar wel op de gevolgen voor degenen
die na de moord ontredderd achterblijven”. Het zijn de grenzen,
maar het ligt nog in het genre. Aan het begin of het einde van de
Gauss-curve. |