Beangstigend
Jef Geeraerts timmert al meer dan vijfentwintig
jaar aan de weg van de Vlaamse misdaadroman. Hoewel de man onlangs
vijfenzeventig werd, is hij nog steeds productief. In 2004 verscheen
Geld en een volgend boek zit alleszins in zijn hoofd.
Geeraerts’ lange staat van dienst merk je aan zijn boeken
in de bib. De meeste zien er behoorlijk afgeleefd uit en verschillen
hierin met hun schepper. Onlangs ontwaarde ik tussen de scheefgetrokken
paperbacks een nieuw, stevig ogend exemplaar. Het betrof Het Rashomoncomplex.
Dit boek verscheen oorspronkelijk in 1992 en kende een zevende druk
in 2000. Omdat het al zo lang geleden was dat ik De Trap en De zaak
Alzheimer las, vond ik het hoog tijd voor een vernieuwde kennismaking
met Vincke en Verstuyft.
Na enkele hoofdstukken herinnerde ik het
me weer: Vincke boft enorm met zijn Eva. Door haar architectenbureau
kan hij in een luxueuze Porsche rijden, ze maakt de lekkerste whisky
sour, heeft een uitgesproken smaak, is lief, aantrekkelijk en sexy.
Collega Verstuyft is een graag geziene gast ten huize Vincke. Vooral
de Dobberman Marcus is gek op hem. Soms wordt zelfs Charlie De Leenheer
uitgenodigd, dan grappen ze samen om technisch rechercheur Mon Goethals
en zijn onafscheidelijke regenjas.
In Het Rashomoncomplex moeten Vincke en Verstuyft de moord op een
Antwerps financieel adviseur onderzoeken.
De man was net ter aarde
besteld toen de levensverzekeraar alsnog een autopsie wou uitvoeren.
Hierbij kwam de moord aan het licht. Terwijl V & V de familie
stevig aan de tand voelen over mogelijke motieven, legt ook de zoon
van de adviseur het loodje. Het onderzoek brengt V&V aan
de rand van een enorm complot waarbij Opus Dei, een ultrakatholiek
instituut waar o.a. leden van het Belgische koningshuis en paus
JP II veel sympathie voor hebben, de touwtjes in handen heeft. Doordat
Geeraerts verwijst naar échte gebeurtenissen -de Bende van
Nijvel bv, en politici waarvan iedereen weet dat ze niet onbesproken
zijn- ontstaat een onscherpe grens tussen feit en fictie. Geeraerts
pakt je als het ware bij de hand om samen met hem de evenwichtsoefening
uit te voeren om op die grens te lopen. Af en toe duizelt het je.
Niet alleen omdat het boek je met zijn vaart en snedigheid in de
ban heeft, maar ook omdat je niet goed wordt van het onvoorstelbare
machtsmisbruik dat tentoongespreid wordt.
De quote van het NRC Handelsblad
“Geeraerts heeft iets te vaak gelijk gekregen om hem af te
doen als een paranoïde fantast” is op dat moment geen
goed medicijn.
|