De dood van Theo van Gogh bracht terreur akelig dichtbij. Onmiddellijk
werden harde maatregelen geëist, het moest gedaan zijn met
de Nederlandse gastvrijheid en tolerantie. Groepen in de samenleving
stelden zich onverzoenlijk op, wat her en der leidde tot rellen
en aanslagen.
'Contraplan' speelt zich af in deze woelige tijd rond kerst 2004.
Vonk begint met het voorstellen van een aantal personages.
Katja
Hoogland is op haar ‘zwarte’ school het mikpunt van
racistische en seksistische pesterijen van een Marokkaanse leraar
en besluit hem te gaan schaduwen. Geheim agent Bruce Keller herstelt
in relatieve rust van zijn fysische en psychische letsels, opgelopen
bij een aanslag. De ambitieuze Lud Ax werkt op de inlichtingendienst
en vindt dat er veel meer middelen moeten zijn voor terreurbestrijding.
Omdat haar chef het niet met haar eens is, bedenkt ze een ‘contraplan’,
bedoeld om de dienst te versterken.
Rond deze drie personages en
hun entourage bouwt Vonk het hele verhaal op. Vaardig en lekker
spannend zet hij elkaar snel opvolgende gebeurtenissen op papier,
met als toetje een onverwachte plotwending.
Je zou als thrillerliefhebber
bijna tevreden zijn, ware het niet dat Vonk achterblijft in het
geloofwaardig neerzetten van zijn personages. Dat blijven onbekenden
die ongerijmde dingen doen.
Waarom kan de kordate Katja haar moeder
en directie niet overtuigen van de pesterijen, terwijl die toch
gebeuren in het bijzijn van al haar klasgenoten? Waarom is de leerkracht
zo geobsedeerd? Waarom verandert de reus ‘Boeli’ op
de valreep van kamp? Wat beroert Bruce zodat hij voluit gaat voor
Katja? En wat is dat toch met die vader van Lud Ax? In welke zin
droeg hij bij tot wat zij nu is?
'Contraplan' geeft hier geen antwoord en dat vond ik jammer, ook
al is het verder een lekker meeslepend boek. Maar… er is hoop.
Ik geloof dat ik de geboorte meemaakte van een nieuw paar geheim
agenten. Misschien krijg ik mijn antwoorden in een volgend boek.
Dat dat er komt, staat met Vonks schrijftalent buiten kijf. |