Elisabeth Herrmann - Schoon schip (2012) **

Is het een krimi, een thriller of een spionageroman?

‘In Sassnitz, op het schiereiland Rügen in de DDR, wordt in 1985 midden in de nacht een meisje van zes jaar binnengebracht in een kindertehuis.  Ze zegt Christel Sonnenberg te heten, maar vanaf dat moment krijgt ze de identiteit van Judith Kepler, dochter van een prostituee.

Dertig jaar later krijgt voormalig spion van de Bondsrepubliek Duitsland, Kaiserley, door de Zweedse Christiana Borg een microfilm aangeboden, waarop alle spionnen van de DDR in West-Europa staan vermeld.
Oud-Stasi-leden willen dit voorkomen en voordat Kaiserley de film in handen krijgt, wordt Borg door hen vermoord.
Judith Kepler werkt dan als death scene cleaner, iemand die plaatsen waar een misdaad heeft plaatsgevonden, reinigt. Ze krijgt de opdracht om de flat waar Borg is vermoord, te reinigen. Daar vindt ze bij toeval een Stasidossier over zichzelf toen ze een klein meisje was. Waarom had deze Borg dit dossier? En wat wilde ze ermee? Judith gaat terug naar Sassnitz om antwoord op deze vragen te krijgen. Vanaf dat moment wordt een deel van de geschiedenis van de DDR deel van haar leven.

Het verhaal is zowel een spionageverhaal als een thriller als een krimi.
Het heeft elementen van alledrie de stijlen in zich. Daarmee is het nog geen goed, spannend of meeslepend verhaal. Door de stijl van Herrmann (1959, Marburg/Lahn, Duitsland), die vaak korte zinnen gebruikt en –in de dialogen- vaak niet aangeeft wie van de personen wat zegt, is het verhaal soms moeilijk te volgen.
Daarnaast is de ontwikkeling van de hoofdpersoon, van eenvoudig ‘schoonmaakster’ tot een effectief bestrijdster van halve en hele (ex-)spionnen, ongeloofwaardig. Ongeloofwaardig is verder dat ze toevallig haar dossier in handen krijgt. Ongeloofwaardig is ook dat ze tegenover de flat woont waar Borg is vermoord en dat ze daarom ’s nachts kan zien dat daar licht brandt. Enzovoort. Gevoegd bij het mijns inziens nogal pretentieuze taalgebruik (“Ze voelde nervositeit in haar borstkas pulseren. Een plaat delict”. En ook: “Waarom wil je dat allemaal weten?’, vroeg Kaiserley. “Omdat Borg een tehuiskind was. Net als ik”). Gezocht.

Met deze recensie wijk ik nogal af met wat de lezers in Duistland van dit boek vinden. Velen vinden de beschrijving van de oude DDR-toestanden boeiend en herkennen de spanning van toen. Anderen roemen haar taalgebruik, hoewel weer anderen (net als ik) haar stijl bekritiseren, alsmede de onherkenbaarheid van de dialogen.
Al met al een kleine twee sterren.